zaterdag 14 maart 2009

Politieke moed


De overheids-schuld die, in absolute cijfers, steeds een stijgende trend kende, zal met de huidige crisis nog een flink pak toenemen. In de nogal vlug gemaakte veronderstelling dat het BBP steeds een stevige groei kent, hoeft dit geen ramp te zijn. Meestal kan men dan spreken van een relatieve (schuld ten opzichte van het BBP) afname van de overheidsschuld. Het woordje "relatief" wordt dan vaak "vergeten". Vandaag weten we dat een immer continue groei van het BBP een illusie is. Door de afname van het BBP, gecombineerd met de toename van de absolute overheidsschuld, zal de curve op de afbeelding hierboven weldra een fameuze knik naar omhoog krijgen.
Op de website van De Tijd lees ik daarnet: “De federale ministerraad zal wellicht pas rond Pasen knopen doorhakken over een mogelijk tweede herstelplan. Dat is te horen in regeringskringen. Als er al een stimuleringsplan komt, zal het van beperkte omvang zijn gezien de weinig rooskleurige overheidsfinanciën”. Dat er weinig ruimte is voor een stevig stimuleringsplan is pijnlijk om zien, zeker wanneer we terugblikken op de periode dat er genoeg kansen waren om structureel in te grijpen en de torenhoge overheidsschuld aan te pakken. De lessen van Keynes kunnen dus niet volop toegepast worden.
Keynes legde het accent op het dempen van conjunctuurgolven. De overheid moet dan bij hoogconjunctuur haar uitgaven minderen of de belastingdruk verhogen. Bij laagconjunctuur net anders om. Keynes was er voorstander van om, in geval van economische crisis, toe te staan dat de overheid aan "deficit spending" zou doen. Een begrotingstekort (meer uitgeven dan wat er binnenkomt op jaarbasis) is in dat geval wenselijk en zelfs noodzakelijk. Zo worden al té grote schokken opgevangen. Met "deficitit spending" ondersteunt de overheid de vraagzijde van de economie, zodat deze op een aanvaardbaar niveau kan blijven draaien.Met het spook van massale ontslagen voor ogen, wordt Keynes dan ook gretig aangegrepen om er de crisis mee te lijf te gaan.Wat gemakkelijkheidshalve vergeten wordt is dat Keynes "deficit spending" voorstond als onderdeel van een "anticyclisch begrotingsbeleid". Begrotingstekort als het slecht gaat, jawel, maar dan ook een begrotingsoverschot (meer ontvangsten, minder uitgaven) als het goed gaat. Maar dit kan enkel als er een spaarpotje is aangelegd om er de begrotingstekorten in slechte jaren mee op te vangen. Kwestie van de overheidsschuld niet oeverloos te laten aandikken. En daar wringt nu net het schoentje. Als het goed gaat, wil iedereen meteen meeprofiteren van de gerealiseerde winsten. Winst is in de ogen van velen een vies woord, maar is nu eenmaal nodig om zo een spaarpotje aan te leggen. Dat gaat niet alleen op voor gezinnen, bedrijven, maar ook voor gelijk welke andere organisatie, de overheid incluis.
Op dat vlak is de periode 2000-2008 er één van gemiste kansen. De daling van de relatieve overheidsschuld mag dan sinds 1992 een mooi lineaire trend vertonen, wat men er dan vaak niet bijvertelt, is dat deze door eenmalige verkopen van overheidsactiva in stand kon gehouden worden. Doortastende structurele maatregelen waren beter geweest. Maar gedane zaken nemen geen keer, we moeten vooruit kijken. Roland Legrand zet dit op het blog van Belgian Affairs nog eens extra in de verf: “(…) The reason is simple: Belgium squandered the opportunities for reducing the debt position substantially during the good years, and risks now prolonged deficits of about 4 percent, increasing the debt to about 100 percent of GDP (...)”. In een ander artikel op dat blog schrijft de auteur dat “Once the recession is over - which could take some time - the federal state will have to take action”.
Ik ben het met hem eens, maar ik denk dat men best niet zolang wacht om structureel in te grijpen. Het heroriënteren van middelen naar initiatieven die er echt toe doen is iets wat tijdens een crisis ook al kan gebeuren. Bijkomend voordeel is dat er ook veel minder politieke moed voor nodig is, gezien de meeste mensen wel beseffen dat harde tijden doortastende maatregelen vragen. Wat mij betreft, denk ik dat er genoeg inspiratie te vinden is in de reacties op het artikel in De Tijd van vandaag.Inspiratie kan zeker ook gevonden worden bij Schumpeter zoals door Geert Noels wordt gesuggereerd in een artikel op zijn blog EconoShock. Maar dat zal niet gemakkelijk zijn, zeker niet met de verkiezingen van 7 juni in het vooruitzicht. Zijn laatste zin is in dat verband treffend: “If governments cannot look beyond the next elections, they will favour Keynes. If they favour the next generation, they will take Shumpeter as a guide …”.
PS: Bovenstaande afbeelding valt onder de Wikimedia Commons-regeling (auteur: Donar Reiskoffer, 28 augustus 2007)

zondag 8 maart 2009

Antarctica


Mijn eerste woorden op dit blog zijn nog niet koud, of een reële case m.b.t. de zesde doelstelling, "een gezond leefmilieu", komt daarnet - in de vorm van een e-mail - binnengerold. Een kennis vertrekt over een paar dagen naar Antarctica. Zijn avonturen zijn te volgen op http://expedition.2041.com/2009/ en zijn persoonlijk blog www.bloggen.be/PM_antarctica/. Prachtige beelden van Antarctica zijn te vinden op www.2041.com
Het is hoopgevend dat ook het ecologisch denken steeds meer voet aan grond krijgt in alle geledingen van de maatschappij. Ook in het bedrijfsleven. Wellicht zal de aandacht voor ecologie bij ondernemingen, financiële instellingen,... wel voor een groot deel zijn ingegeven door economische belangen. De waardering van de (potentiële) klant voor zulke bedrijven vertaalt zich vroeg of laat in omzet voor het bedrijf, dat is voor de meeste ondernemingen wel duidelijk.
Maar vooral hoopgevend is dat een idee (of ideaal), als het maar vaak genoeg herhaald wordt, uiteindelijk toch een voldoende groot maatschappelijk draagvlak weet te vinden. Als de "sense of urgency" dan nog voldoende groot is, dan wint die idee op termijn toch het pleit.
Dat dit dertig jaar duurt (van de jeugdserie "De Kat" tot Al Gore's "Uncovenient Truth" nemen we er dan maar bij. Andere belangen werk(t)en nu eenmaal tegen. We mogen niet vergeten dat die dertig jaar nodig waren om tot een voldoende breed ethisch besef te komen omtrent milieu. Tieners van toen zijn nu pas veertigers geworden. Mooi dat we daarin nu geholpen worden door zestigers als Gore. Zonder hem was de uitdaging om George W. Bush zijn boek te doen lezen misschien wel niet gelukt.
Politieke economie? Publieke economie ? Economische politiek ? What's in a name ?

Bedoeling van dit blog is een kleine wandeling te maken door een landschap waar economie en overheid mekaar kruisen. Geregeld zullen er een paar zijsprongetjes zijn richting cultuur, sport, filosofie, ethiek, management, taal, recht,... maar "overheid en economie" blijven centraal staan. Verder wil ik hier af en toe wat gedachten loslaten en vooral veel links plaatsen naar interessante documenten. Een geïnformeerd burger is er immers 27 waard. Bij benadering dan toch.

Het moet ergens 1980-1981 geweest zijn dat ik voor het eerst kennismaakte met het begrip "economische politiek". De Aula-boekjes trof men in veel boekhandels aan en één van die boekjes heette "De magische vijfhoek". Met die term werd verwezen naar de vijf doelstellingen van de economische politiek:
1. een evenwichtige arbeidsmarkt
2. een evenwichtige economische groei
3. een stabiel prijsniveau
4. een rechtvaardige inkomensverdeling
5. een evenwichtige betalingsbalans

Toen al vroegen de auteurs zich af of "een gezond leefmilieu" niet als zesde doelstellling moest toegevoegd worden. Ze kozen er toen voor om dit te plaatsen binnen de tweede doelstelling, "een evenwichtige economische groei". Nu wordt het vaak als aparte zesde doelstelling vermeld.
Om die doelstellingen te bereiken, beschikt de overheid over enkele instrumenten, met name: